Samuel Hahnemann
(1755 – 1843)
Op 10 april 1755 werd Samuel Hahnemann in Meissen (Oost-Duitsland) geboren. Op jonge leeftijd werd al geconstateerd dat hij bijzonder begaafd was. Hij had in veel dingen een grote interesse. Naast geneeskunde ook in in de botanie en scheikunde. Tevens sprak hij Latijn, Grieks, Hebreeuws, Arabisch, Engels, Frans, Italiaans en Spaans. Studeerde geneeskunde aan de Universiteit van Erlangen, waar hij in 1779 afstudeerde. Als Duitse arts was hij de grondlegger van de Homeopathie. Hij vestigde de fundamentele principes van de homeopathie. Rond 1800 begon hij zelf met het testen van middelen. Toen hij zelf een dosis van de kinabast (kinine) innam, ontstonden er klachten en symptomen die heel erg leken op het ziektebeeld van malaria. Hij was er van overtuigd dat de China een goed geneesmiddel tegen malaria was, omdat het verschijnselen kon oproepen die leken op malaria. De symptomen waren voor hem herkenbaar, omdat hij tijdens een verblijf in Roemenië zelf malaria had ondergaan. De symptomen duurden maar een paar uur totdat het middel wat hij ingenomen had was uitgewerkt. Maar kwamen weer opnieuw op als hij de inname van het middel herhaalde. Door de resultaten van deze proef (begin van de homeopathische geneeskunde) raakte hij gepassioneerd en zeer gemotiveerd tot verdere onderzoeken in deze richting.
Na jaren van experimenteren en intensief onderzoek werkte hij alles uit tot een eigen geneesmethode. Hij wordt gezien als een van de eerste artsen die op zeer gespecialiseerde wijze medicijnen bereidde en systematisch geneesmiddel proeven op gezonde (proef) personen uitvoerde om de geneesmiddel werking te leren kennen en dit gedetailleerd vast te leggen. Naast de geneeskrachtige medicijnen ontdekte hij ook de werking van stoffen, zoals goud, platina, silica etc. Door de medicijnen te bereiden door middel van potentiëring (basisstof wordt meerdere malen verdund en bij iedere verdunning krachtig geschud) werden deze stoffen oplosbaar in alcohol of water, waarbij de medicinale werking vrijkomt.
Hahnemann omschreef de wet van deze genezing als “similia similibus curentur”. Men zou deze wet het beste kunnen beschrijven; dat een geneesmiddel bepaalde symptomen veroorzaakt bij een gezond persoon, dezelfde symptomen zal genezen wanneer het zich uit door een persoon in een zieke toestand.
Tevens speelde hij ook een belangrijke rol bij verschillende moderne medische benaderingen. Hij was van mening dat de behandeling in die tijd van krankzinnige patiënten schadelijk en wreed was. Hij adviseerde een meer menselijke behandeling. Met homeopathie behandelde en genas hij veel patiënten en kreeg veel aanzien en waardering. Ook zag hij al snel in dat slechte hygiëne een oorzaak was van de verspreiding van ziekten. Zijn succes met cholera en buiktyfus was gedeeltelijk te danken aan deze erkenning. Hahnemann benadrukte ook het belang van verpleging, voeding, en isolatie van patiënten tijdens epidemische ziekten. Hahnemann beschreef ‘schadelijke’ principes als de voorlopers van bepaalde ziektetoestanden.
Al zijn ondervindingen werden gedetailleerd vastgelegd. Twee van zijn belangrijkste werken zijn ‘Organon of Medicine‘: hierin worden de basisprincipes uiteengezet en ‘Materia Medica‘: waarin de nauwkeurige symptomen van de remedie proeven aanbod komen.
In de loop der jaren werden duizenden moeilijke en chronische gevallen door hem behandeld. Waarmee artsen (uit heel Europa) met de beste geleverde zorg, geen resultaten behaalde. Hierdoor kreeg hij veel waardering en aanzien zodat veel artsen uit Europa en Amerika naar hem toe kwamen voor zijn kennis, inzicht en kust van het genezen “Homeopathie”.